Geschreven bij Wij zijn ons brein
Als een grote geleerde zijn vakgebied ontsluit voor een breder publiek kan dat niet voldoende geprezen worden. En als deze geleerde dan ook nog eens helder, toegankelijk, soms humoristisch en steeds heel boeiend weet te vertellen, dan kan ik mijn geluk niet op. Er zou jaarlijks een belangrijke prijs toegekend moeten worden voor geleerden en wetenschappers die dergelijke boeken publiceren. Prof. Swaab zou voor deze prijs genomineerd moeten worden. In zijn boek neemt hij ons mee naar bijna alle uithoeken van de hersenen en laat met aansprekende voorbeelden zien hoe de ontwikkeling vanaf de baarmoeder verloopt en wat er zo al mis kan gaan, en dat is veel. Dankzij hem worden we bijgepraat in de fascinerende wereld van het moderne hersenonderzoek. De implicaties van dit onderzoek voor de medische (en psychiatrische) wereld zijn immens. Prof Swaab laat zien welke grote invloed op de ontwikkeling het verblijf in de baarmoeder heeft, naast de genetische invloeden. Hij neemt ons mee in de wereld van de neuroendocrinologie, de vele stofjes die in de immens ingewikkelde neurale machinerie zorgen voor het doorgeven van boodschappen en het aanzetten van cellen tot allerlei activiteiten. Vele heldere tekeningen illustreren de tekst. De meeste hoofdstukken zijn kort, hapklare brokken als het ware. Ze zijn dan ook eerder gepubliceerd in de NRC. Dit heeft tot gevolg dat er veel wordt herhaald en dat door de betrekkelijk geringe lengte van de hoofdstukken de inhoud soms nogal oppervlakkig blijft. Je wilt dan zo graag er nog wat meer over weten. Er zijn echter ook onderwerpen die in een reeks op elkaar aansluitende hoofdstukken goed worden uitgediept. De auteur noemt vooral veel eigen onderzoek, zonder dat daarnaar expliciet wordt verwezen. Ook veel andere onderzoekers worden genoemd soms met het jaartal van publicatie maar vanwege het ontbreken van een literatuuropgave kan de lezer niets nazoeken. Het is ook jammer dat er niet een lijstje publicaties is om verder te lezen voor wie verdieping zoekt. Ook hier wreekt zich de achtergrond van het boek: de betrekkelijke korte krantenstukjes die niet wetenschappelijk zijn ingericht. Dat is erg jammer. Het maakt het boek wat onevenwichtig en in sommige opzichten onbevredigend. Het onevenwichtige komt ook tot uiting in het uitvoerig bereiden van stokpaardjes. Doorheen het boek zijn er duidelijke tekeningen van hersendoorsnedes. Daar wordt met grote regelmaat naar verwezen, helaas alleen met het nr. van de figuur en niet met het paginanummer. Dit soort 'kleinigheden' maakt mede het boek zo onbevredigend. Ik kan het helemaal eens zijn met zijn visie op religie, maar de vele hoofdstukken die hieraan zijn gewijd zijn teveel van het goede. Die ruimte zag ik liever besteed aan andere heikele punten betreffende hersenziekten en -aandoeningen. Bovendien slaat prof. Swaab af en toe een autoritaire macho-toon aan, die weliswaar wordt gerechtvaardigd door zijn fier overeind blijven onder allerlei aanvallen van de ‘maakbaarheidsfilosofen’, de ID-fanatici en andere warhoofden, maar het had allemaal wel een onsje minder gemogen wat mij betreft. Misschien had prof Swaab een strenge redacteur naast zich moeten hebben of een kritische vakgenoot. Ondanks de gemiste kans om met een omvattend maar toch leesbare inleiding in de neurowetenschappen te komen is het desalniettemin is het een heerlijk, leerzaam boek geworden.