De Ommagang, In dit boek een bijna kansloze vondeling die na een leven van weet ik al niet wat aan omzwervingen, vanuit zijn cel, aan de lezer zijn verhaal vertelt. Een verhaal waarbij hij op het laatst min of meer in. Dienst is van een Kardinaal die Otto heet.
De valse Dageraad. In dit boek de zoon van een vermeende Heks die via allerlei omzwervinegn in de wereld uieindelijk in zjn monniks-cel, lappen perkament afkrabt om daar zijn levensvaarhaalop te schrijven. Een verhaal waarbij hij in de latere tijd in dienst treedt van de Duitse keizer genaamd....Otto??!!
Identieke structuren waarbij ik meteen moet zeggen dat De Valse Dageraad heel wat beter is geschreven en ook boeiender is om te lezen.
Van Aken speelt niet alleen leentjebuur bij andere auteurs (Umberto Eco’s Naam van de Roos, Ken Follets Plaren van de Aarde, Edith Pagether alais Ellis Peters: De Hemelboom). Want er moet natuurlijk een grote (de grootste) kathedraal gebouwd worden als het over de middeleeuwen gaat. Maar ook nog bij zichzelf want hij herhaalt bijna de sitiuatie van Hoswrith uit De Dageraad, maar nu in totaal andere settingen.
Mensen die van Aken met Umberto Eco vergelijken, doen de laatstgenoemde onrecht. Van Aken mist de kwaliteit en haalt zelfs de schaduw niet. Dan zou deze eer eerder toe moeten komen aan Helene Nolthenius: Moord in Toscane, Babylon aan d Rhone, of zelfs Simone van der Vlugt, die in dit genre beslist van Akens meerdere is.
Wat me in dit boek bijzonder is opgevallen dat is dat op twee na, letterlijk elke vrouw die in het verhaal ten tonele verschijnt een prostituee is. Dat komt zo vaak voor, dat het niet alleen storend is, maar dat het dit werkje ook een behoorlijk vrouw-onvriendelijk trekje meegeeft. Overigens, wordt onze hoofdpersoon Isidorus ook nog eens in een tapijt gewikkeld achter op een paard of kameel meegevoerd, maar dat zagen we in het verleden al eens bij Suske en Wiske, of was het nu Kuifje in Tibet.
Het is een uiterst zwak boek en ik had dat niet verwacht van de schrijver van bv. De Afvallige of Het oog van de Basilisk. Ik heb het lauter uitgelezen om tot een eindoordeel te kunnen komen, anders had ik het wel eerder aan de kant gelegd.
Het boek mist elke diepgang, gaat voorbij aan de ruimte waar de verhalen zich afspelen en geeft de optredede personen nauwelijks karakter of relief.
Hoe dit boek dan aan een Bordewijkprijs komt is mij een raadsel.
Erg veel prostitutie, een hoop gezuip en een persoon die zichzelf overal met een jantje van leien probeert vanaf te maken maar wel een enorme eer opeist. Een hunkering naar macht en aanzien, zonder daarvoor de juiste invalshoek en ingredienten te hebben, gelardeerd met drank en sex.
Hopelijk toch niet per ongeluk de autobiaografie van een hunkerende auteur geworden?