Geschreven bij De tatoeëerder van Auschwitz
Lale en Gita, beide Slowaken en van Joodse afkomst, ontmoeten elkaar in Auschwitz, een gevangenenkamp van de Duitse SS waar ze beide in 1942 naar gedeporteerd zijn. Lale is daar te werk gesteld als de Tätowierer -de tatoeëerder- en moet alle nieuw aangekomen mensen voorzien van een nummer. Zijn nummer, 32407, kreeg hij bij binnenkomst, die van Gita, 34902, kerfde hij zelf als Tätowierer in haar arm. Vanaf dat moment sloot hij Gita in haar hart. Gedurende de oorlogsjaren probeert Lale te zorgen dat Gita niets overkomt. Vele ontberingen volgen, Lale neemt telkens opnieuw risico’s om meer “vrijheden” te verwerven en slaagt erin enig vertrouwen te wekken bij de officieren van SS. Het lukt hem daarmee ook een iets betere omgeving voor Gita te bewerkstelligen. Ze zitten beide in andere blokken en op andere werkplekken maar door Lale’s verworven “vrijheden” hebben ze toch de kans elkaar af en toe te zien. Ook probeert Lale andere gevangenen te helpen. Hij heeft contact met “buiten” en smokkelt eten naar binnen, wat hem aanzien geeft bij zijn medegevangenen. Op een dag wordt hij echter verraden en komt hij in het strafkamp terecht. Daar zou nooit iemand overleven of vrijgelaten worden, maar Lale wist -weliswaar niet ongeschonden- te overleven . Zo zou hij nog meerdere malen de dood in ogen zien, het leek er op dat hij negen levens had, net als een kat. Uiteindelijk worden Lale en Gita van elkaar gescheiden na bijna 3 jaar. Gita wordt op de dodenmars gezet en Lale wordt elders ondergebracht waar hij geacht wordt meisjes “te regelen”. Beide weten echter te ontsnappen. De oorlog is inmiddels voorbij. Lale vindt zijn ouderlijk huis terug en zijn zus Goldie, die als enige de oorlog blijkt te hebben overleeft en inmiddels is gehuwd met een Russische officier. Lale is ook altijd blijven geloven dat Gita nog in leven is en begint een lange zoektocht naar haar, dagelijks wacht hij op het station in Bratislava waar de mensen die uit de kampen bevrijd zijn langzaamaan terugkeren. Het loopt naar het einde van de zomer als hij haar eindelijk vind.
De Russen hebben destijds de Joden bevrijd, maar daarna ook Slowakije bezet. Om die reden heeft Lale zijn achternaam veranderd in Sokolov, de Russische achternaam van zijn getrouwde zus- een naam die meer geaccepteerd was dan Eisenberg in het door de Sovjet-Unie bezette Slowakije.
Na de oorlog trouwen Lale en Gita. Ze gaan in Bratislava wonen. Maar ook dan is het leven nog niet makkelijk want Lale, die intussen een succesvol zakenman is geworden, wordt opnieuw verraden. En weer moeten ze vluchten. Ze vinden uiteindelijk het geluk in Australië, waar ze samen hun zoon Gary krijgen. Gita overleed in 2003 en Lale in 2006. Gary doet in het boek het nawoord en verteld hoe hij opgroeide in een liefdevol gezin, maar ook welke invloed de oorlog al die jaren heeft gehad op hun leven na de oorlog.
Het boek is geschreven vanuit de hoofdpersoon Lale. Hij verteld zelf niet over de gruwelijkheden maar ondergaat ze. Doordat de liefde in het boek de rode draad vormt, leest het als een soort roman, ondanks alle vreselijke ontberingen.
Ik heb diep respect gekregen voor de wilskracht van Lale en Gita, steeds weer werden ze gebroken door SS, maar ze vochten zo hard, evenals vele anderen die helaas een ander lot wachtten. De spanning werd steeds meer merkbaar en je hoopt op een goede afloop, hoewel je weet dat het heel veel mensen het leven heeft gekost en nu nog steeds na al die jaren een grote impact heeft op het leven van de nabestaanden.
Een vlot lezend relaas, het verhaal heeft echt even moeten bezinken bij mij voor ik aan een ander boek kon beginnen.
Heather Morris (geb. Awamutu,Nieuw Zeeland) tekende het verhaal van Lale Sokolov al op in 2003 en deed daar 3 jaar over.Lale en Gita hadden bijna 60 jaar alles verzwegen over wat ze hadden meegemaakt, hoewel Lale af en toe wel wat vertelde aan zijn zoon Gary. Pas na de dood van Gita wilde Lale met zijn verhaal naar buiten treden, het mocht nooit vergeten worden.